12 MAART 1981 409 nog even te zeggen dat met name wordt bedoeld dat een en ander op een fatsoenlijke wijze moet gebeu ren. De heer OOMEN: Ik ben er toch wel blij om dat ik het C.D.A. heb gevraagd wat het bedoelt met de betreffende zinsnede in zijn amendement. De heer Gielen heeft toegelicht wat daarmee wordt bedoeld en de interrupties hebben dat nog duidelijker ge maakt. Ik zal aanstaande maandag met mijn fractie nog een stevige discussie over dit amendement voe ren. Oorspronkelijk kwam het amendement op mij over als een versterking van een bepaald aspect waarover wij het in de commissie met het C.D.A. eens waren en ik doel dan met name op het finan ciële kader. De heer Gielen heeft nu echter toege licht wat hij nog meer beoogt en ik vind het posi tief dat hij zo duidelijk heeft aangegeven wat hij bedoelt. Hij heeft gezegd dat naar zijn mening niet iedereen daar zo maar mag komenen dat het gaat om de inhoud. De heer GIELEN: Ik heb niet gezegd dat niet iedereen daar mag komen. De heer Oomen legt mij nu woorden in de mond die ik niet heb gesproken. De heer OOMEN: Ik citeer vrijwel letterlijk wat u hebt gezegd. U gebruikte de woorden "niet zo maar iedereen", zodat kennelijk moet worden aange geven wie wel en wie niet iets mogen doen. Dat be tekent voor mij dat het C.D.A. een vinger in de pap wil hebben voor wat betreft de inhoud. Het is het goed recht van het C.D.A. om dat te vinden, maar men zal begrijpen dat wij daar anders tegen aan kijken. In eerste termijn heb ik wél gezegd dat wanneer de regionale omroep werkelijk gaat starten wij als democratisch gekozen bestuur zorg vuldig moeten bekijken hoe het stichtingsbestuur is samengesteld. In dit verband verwijs ik naar het begin januari door de heer Römkens gestelde, toen het om een heel andere zaak ging. Het ging

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 409