418 12 MAART 1981 een definitieve streep zetten onder de onzekerheid inzake de wensen van het college om dit bedrijf te verplaatsen, mede gelet op het feit dat bedrijven als deze binnen de milieunormeringen kunnen worden ingericht. Mijns inziens zijn dit vrij harde argu menten en het heeft mij dan ook verbaasd dat het college op basis daarvan geen ander besluit heeft genomen. Onzes inziens dient het bezwaarschrift alsnog gegrond te worden verklaard. Ik wil het thans hierbij houden, want anders wordt het een repetitie van het debat van december, Tenslotte wil ik nog wel iets zeggen over de pro cedure en de contacten welke vóór december met Wa- gemakers hebben plaatsgevonden. U stelt dat wan neer bedrijven van dit soort voornemens van uw kant op de hoogte worden gebracht dit belemmerend kan werken ten aanzien van uw bedoelingen. Ik wil erop wijzen dat het feit dat u geen duidelijkheid geeft omtrent verplaatsing deze procedure tegen houdt. Het door de heer Ten Wolde c.s. ingediende amendement heeft de volgende inhoud: "De raad der gemeente Breda, in vergadering bijeen op donderdag 12 maart 1981, ter be spreking van het bezwaarschrift ex art. 7 lid 2 van de wet AROB van Wagemakers Lakfa brieken N.V. gehoord de beraadslagingen tijdens deze raadsvergadering overwegende dat ieder (productie)bedrijf de huidige milieuwetgeving dient te respecteren gelet op het feit dat Wagemakers Lakfabrie ken de afgelopen jaren blijk heeft gegeven effectieve milieumaatrege len te treffen en voornemens is

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 418