17 MAART 1981 454 de overkant van het Van Coothplein gaan meespelen. Beide zaken in het oog houdend zijn wij gekomen tot een compromis-oplossing, waarbij wij een stuk bewonersparticipatie honoreren, tot een goede in vulling komen en naar mijn mening té hoge kosten terugbrengen De heer TEN WOLDEIk heb in eerste instantie gezegd dat onze fractie een groot voorstandster is van het plan zoals dat nu voor ons ligt. De opstel ling van de fracties van de Partij van de Arbeid en D'66 vind ik wat vreemd, aangezien zij nu op nieuw twijfels gaan zaaien met betrekking tot de overkant van het Van Coothplein. De raad zal mijns inziens nu moeten kiezen voor een kwalitatief goe de stedebouwkundige invulling. Het rapport van de dienst openbare werken kan niet zo één, twee, drie opzij worden gezet. Het college is tot een koppe ling gekomen teneinde bepaalde openingen te kunnen vinden. De heer Van de Steenoven meent wel gemakke lijk te kunnen stellen dat er andere terreinen in de binnenstad zijn waar de Amrobank zich zou kun nen vestigen, maar in de commissie hebben wij ge hoord dat er relatief weinig mogelijkheden zijn. Ik meen dat het college ondersteuning vanuit de raad dient te krijgen voor het realiseren van het beleid ten aanzien van het Van Coothplein zoals dat nu is uitgestippeld. Ik betreur dan ook de be stuurlijke twijfel die de Partij van de Arbeid en D'66 thans opnieuw op tafel leggen. Mevrouw SAELMAN-BOELENIn het boekje dat vermeldt wat het college van plan is te doen en dat ons bij de begrotingsbehandeling is uitgereikt zijn ook het voorstel van het college ten aanzien van dit terrein en het voorstel van het Chassé Co mité genoemd. Ik meen dat daarbij was aangegeven dat het verschil in kosten tussen de beide plannen zes ton bedroeg. Er werd toen in het geheel geen verband gelegd met het al of niet slopen van de woningen aan de overzijde en het al of niet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 454