17 MAART 1981
472
De VOORZITTER: Geldt dat ook voor u, mijnheer
Garritsen?
De heer GARRITSEN: Ik wil mij daarbij toch
niet aansluiten, hoewel ik het verhaal van de heer
Van Asseldonk niet minder waardeer. Voor mij gel
den evenwel nog wat andere invalshoeken voor wat
betreft de wijze waarop ik tegen deze zaak aan
kijk.
Ik wil beginnen met een citaat uit het blad
Iglo, waaruit ook mevrouw Muntjewerff heeft geci
teerd. Datgene wat ik wil citeren meen ik goed als
inleiding te kunnen gebruiken. Het citaat luidt
als volgt: "Breda is een stad, die bij ons jaren
bekend staat om zijn slechte beleid inzake sociale
huisvesting. Vandaar dat wij wat verbaasd reageer
den toen er met enig tam-tam door wethouder Van
Dun een plan gelanceerd werd voor goedkope onge
subsidieerde bouw van aluminiumwoningenToen ten
slotte ook nog in het blad Bestuursforum van no
vember jongstleden de wethouder nogal kritiekloos
geïnterviewd werd door het Bredase gemeenteraads
lid J. van Rooij-van den Heuvel hebben wij het plan
ook maar eens bekeken om te zien of het dit nu
echt zou zijn." Uit dit citaat spreekt duidelijk
een achterdocht die ook mij niet vreemd is, gelet
op het beleid zoals dat steeds is gevoerd ten aan
zien van het bouwen van goede, goedkope woningen,
waaraan veel behoefte bestaat. Ik herinner aan de
bekende discussies over 30% sociale bouw, speci
fiek woningwetbouwwelk percentage door de meer
derheid van de raad steeds voldoende werd geacht
voor Breda. Met het oog daarop moeten mijns in
ziens wat vraagtekens worden gezet bij het onder
havige plan. Is het beleid plotseling toch wat om
en vindt men nu dat er toch meer goede en goedkope
woningen moeten komen? Als men dat laatste beoogt,
vrees ik dat men met dit plan bedrogen zal uitko
men. De heer Van Asseldonk heeft al opgemerkt dat
het eerste voorstel begon met de zin: "Wij hebben
een plan gepresenteerd." Als P.S.P. vroegen wij