48
12 JANUARI 1981
de recent gehouden begrotingsbehandeling is geble
ken, vormt deze drempel geen belemmering voor
fracties met minder dan vier leden om een motie
in behandeling genomen te zien worden.
Amendement F van de heer Oomen beoogt de toe
zending van de verslagen van de commissievergade
ringen aan de leden van de raad. Het lijkt ons
voldoende dat deze verslagen uitsluitend worden
toegezonden aan de leden en de plaatsvervangende
leden van de commissies en dat ze voor de raad ter
inzage worden gelegd. Wie zich op de hoogte wil
stellen van het in een commissievergadering be
sprokene kan zich, lijkt ons, het beste wenden tot
een fractiegenoot die in de betrokken commissie
zitting heeft. Een verslag, hoe zorgvuldig ook op
gemaakt, kan voor wie de vergadering niet zelf
heeft bijgewoond nooit een volledig beeld geven en
daarom kan naar onze mening met terinzagelegging
worden volstaan.
Ook het amendement van de heer Van Duijl
heeft betrekking op artikel 82. Wij kunnen ons
niet geheel en al aan de indruk onttrekken dat het
amendement niet volledig voldoet aan de eis van
artikel 25, lid 3, van het reglement van orde, na
melijk de eis dat een amendement zodanig moet zijn
geredigeerd, dat de tekst geschikt is om in het
ontwerp-besluit te worden opgenomen. Wij zijn het
met de bedoeling van de heer Van Duijl volledig
eens, maar om deze formele reden is het voor ons
tamelijk bezwaarlijk met het amendement in te
stemmen. Het lijkt ons trouwens ook bij nader in
zien enigermate overbodig dat de tekst van artikel
82 in dit opzicht overeenkomstig de bedoeling van
de heer Van Duijl wordt gewijzigd: artikel 82 ver
klaart immers artikel 54 zo veel mogelijk van toe
passing. Dit betekent naar onze mening, gelet op
de tekst van artikel 54, in het bijzonder lid 2
onder letter d, dat in het verslag per onderwerp
de namen van de leden die het woord hebben gevoerd,
worden vermeld, met een beknopte weergave van de
door hen gemaakte opmerkingen. Dat is ook nu al
