17 MAART 1981 490 in de tweede plaats heeft hij ook nog ongelijk. Ik heb niet gezegd dat het opnieuw ter discussie stellen van de 30% volstrekt heilloos is. In eer ste instantie begreep ik van de heer Garritsen dat zijns inziens in plaats van het ontwerpen van dit plan beter had kunnen worden geprobeerd de 30% op te krikken. Inderdaad zal daarover moeten worden gepraat, maar gezien de opvattingen van het Kabi net en de rijksoverheid zal dat een veel langer proces betekenen dan het creatief ontwikkelen van zaken als de onderhavige. Het is ook niet waar dat wij ons bij de 30% neerleggen. Zij die drie jaar geleden bij het bezoek van de staatssecretaris in Tilburg aanwezig waren, zullen kunnen bevestigen dat ik mij tijdens dat gesprek niet bepaald bij de situatie heb neergelegd, maar dat juist van het omgekeerde sprake was. Om te bewijzen dat wij niet in de huidige toestand berusten wijs ik op de nota volkshuisvesting die de heer Garritsen al geruime tijd in huis heeft. Daarin is een taakstellend programma gepresenteerd, met name voor de woning wetsector. Ik moet zeggen dat de contacten die wij op dit moment met de rijksoverheid op dit terrein hebben niet zo erg fris zijn. Ik zal het college ook echt niet voorstellen de nota volkshuisvesting in te trekken. Wij zullen op dat punt blijven door- knokken. Het opnieuw ter discussie stellen van de 30% is dus geen heilloze zaak en er is ook geen sprake van dat wij ons bij de bestaande situatie neerleggen De heer Garritsen heeft gelijk met zijn op merking dat de huurprijs van deze woning 480, is, maar ik wil er toch ook even op wijzen dat een gemiddelde woningwetwoning op dit moment 125.00Ö,-- kost. Verder wil ik eraan herinneren dat vanaf het begin van de presentatie, vanaf 12 september van het vorig jaar, de huursubsidie dui delijk ook naar buiten toe hierbij is betrokken. Ik geloof niet dat er op dat punt onduidelijkheid bestaat Mevrouw Muntjewerff heeft twee zinnen van mij

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 490