17 MAART 1981 518 om zonder overleg met het C.D.A. met dit amende ment te komen, maar ik kan mij voorstellen dat de heer Koertshuis van het overleg met het C.D.A. over het M.A.I.C. zó'n kater heeft, dat hij tot dit soort stappen komt! Mevrouw STUTTERHEIM-EDELINGIk heb al gezegd dat het voorstel van de heer Koertshuis naar mijn mening geen amendement meer kan worden genoemd. Volgens artikel 25, lid 3, van het reglement van orde moet een amendement namelijk zonder meer in het ter tafel liggende voorstel kunnen worden op genomen en dat is in dit geval niet mogelijk. Ik zie hierin alleen maar een poging van de heer Koertshuis om de beslissing toch nog uitgesteld te krijgen, iets waaraan ik niet de minste behoefte heb. Op de inhoudelijke aspecten wil ik niet in gaan. Het voorstel van de heer Koertshuis rammelt aan alle kanten, maar vorige sprekers hebben daar over al het een en ander gezegd. Ik blijf bij mijn eerder ingenomen standpunt: naar mijn mening had dit niet aan de orde moeten komen. De VOORZITTER: Het is toch altijd gemakkelijk als er een amendement is. Dan concentreert zich daar de discussie op! Mevrouw STUTTERHEIM-EDELINGO nee, ik ga de discussie absoluut niet uit de weg. Als u er be hoefte aan hebt De VOORZITTER: Nee, helemaal niet. De heer KOERTSHUIS: De heer Veelenturf heeft over collegialiteit gesproken, waarbij hij het on elegant noemde dat er geen overleg is gepleegd. Als je een ordevoorstel aankondigt, is het natuur lijk gek tegelijkertijd met een amendement op het voorstel van het college te komen. De heer VEELENTURF: Ik vind wat er nu gebeurt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 518