15 APRIL 1981 567 situatie nauwelijks meer de verantwoordelijkheid kon dragen. Het college heeft besloten twee extra brandweerlieden aan te trekken en daar was zó veel haast bij dat het het besluit zelfstandig heeft genomen. Dit betekent dat er in de afgelopen tijd een omslag in het denken van het college moet zijn geweest. Kan het college aangeven wanneer die om slag zich heeft voorgedaan en welke redenen daar voor hebben gegolden? Een belangrijke vraag is: kan worden aangegeven welke landelijke normen er zijn en welke consequenties deze voor de brand weerpersoneelsvoorziening in Breda hebben? Aan de hand van die gegevens kunnen wij beoordelen of we op het goede peil zitten of dat ons nog meer te wachten staat. Tot zo ver over het eerste aspect, de noodzaak van extra brandweerlieden. De fractie gaat overigens met het aantrekken van de twee ex tra krachten akkoord. Het tweede aspect is de financiële dekking. In wezen is een claim van een brandweerman wegge vallen in verband met de benodigde bezuiniging. Men komt daar nu op terug: alsnog moet de bezuini ging worden gevonden, en wel in het budget van de wethouder voor de brandweer, in casu de heer Brooi- mans. Wij hebben in de commissie ten aanzien van dat budget veel voorstellen gedaan, maar op dat ogenblik bleek niets mogelijk. Bij het vervoerbe drijf met een omzet van 17 miljoen was niets te vinden, evenmin als bij het EnWa-bedrijf met een omzet van tientallen miljoenen guldens. Volgens het voorstel van burgemeester en wethouders komt de dekking uit het milieubudget. Het budget voor het milieu is begonnen met 150.000,Het is wel wat uitgebreid, maar het gaat daarbij steeds om taken waar middelen van de rijksoverheid naar toe vloeien. Het geld dat de gemeente zelf uit geeft, is eigenlijk bij die f 150.000,gebleven en daar wordt nu aan geknabbeld. De oorzaak daar van is dat, hoewel zulks wèl mogelijk was geweest, de besteding van die gelden niet heeft plaatsge vonden. Het is weinig geld, het is niet besteed,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 567