612 15 APRIL 1981 politieke verhandelingen zouden moeten worden ge houden, omdat voor het college de politieke ver taling -- het is ook zojuist weer geconstateerd nog niet is afgerond. Dit betekent dat de raad de visie van het college nog aangereikt zal krijgen. Het zal dan aan de raad zijn daarover een oordeel uit te spreken en daarin een inbreng te hebben. Het is ik citeer opnieuw een opmerking van de heer Eissens, omdat zij goed in mijn denken past niet de bedoeling van het college, een botte bijl te hanteren. Het college presenteert hier inderdaad een voorlopige budgetverdeling, ge baseerd op de voorlopige budgettaire capaciteit, maar men dient er rekening mee te houden dat wij voorlopig de eerder gehonoreerde claims niet in deze budgettaire capaciteit meenemen. Mevrouw SAELMAN-BOELENBegrijp ik goed dat er alleen sprake is van een voorlopige budgetver deling omdat de capaciteit voorlopig is, of is het zo dat de verdeling überhaupt voorlopig is, ook al zou de capaciteit definitief zijn? Wethouder VAN BANNING: Als we praten over een voorlopige budgettaire capaciteit kan ook de ver deling niet anders dan voorlopig zijn, zij het dat men moet uitgaan van een reeds ingevulde situatie, terwijl de commissie heroverweging uitgaven ge meente (HUG) alles nog eens opnieuw gaat bekijken en hoopt, misschien ook op wat langere termijn, een bijdrage te kunnen leveren tot grotere inzich telijkheid ten aanzien van de vraag of de nu ge maakte keuzebepaling de ruimte geeft om herzie ningen aan te brengen. De heer Dreef heeft bij een ander agendapunt gezegd dat er door dit college zeer veel toezeg gingen worden gedaan. Misschien is het tegen deze achtergrond dit in antwoord op een vraag van de heer Ten Wolde dat ik het amendement van mijn eigen fractie met betrekking tot de milieu ambtenaar niet heb gesteund. Dit standpunt neem

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 612