15 APRIL 1981 617 tegen mijn stelling dat het vandaag te nemen be sluit niet van grote betekenis is. Hij is van me ning dat het te nemen besluit wel van grote bete kenis is, omdat het voorstel heel realistisch de positie van vandaag van de gemeente Breda weer geeft. Ik wijs erop dat vandaag niet zo lang meer duurt: misschien nog twee en een half uur. Dat is natuurlijk wat overdreven gezegd, maar aan de an dere kant zijn er nog zeer veel onzekerheden ten aanzien van de financiële positie en werkt ook de gemeente zelf aan een heroverweging, zodat je ge rust kunt stellen dat althans het cijfermatig ge deelte van dit voorstel wel eens heel snel zou kunnen veranderen. De wethouder heeft gemotiveerd, waarom hij eerder in de vergadering een amendement van zijn eigen fractie niet heeft gesteund. Ik ga niet in op het besluit dat de wethouder te dien aanzien voor zichzelf heeft genomen, maar de argumenten die hij ervoor heeft aangevoerd, wekken bij mij grote zorg. De wethouder van financiën neemt de stelling in dat allerlei nieuwe voorstellen zouden moeten worden afgewezen louter en alleen op grond van het financiële argument. Ik vind dat we erg moeten oppassen voor de opvatting dat we, nu er minder middelen beschikbaar zijn, het nieuwe be leid maar zouden moeten "afhouden". Naar mijn me ning is dat een gevaarlijke opvatting. Ik voel er veel meer voor het bestaande beleid heel kritisch te bekijken en op die manier toch veel ruimte open te laten voor nieuwe dingen die er moeten gebeuren Ten aanzien van het derde punt waarop ik wil ingaan, is er duidelijk sprake van een misverstand de heer Van Banning heeft niet zo goed begrepen wat ik bedoelde. Ik heb min of meer op uitnodiging van de heer Schuring een voorbeeld genoemd van een manier waarop eventueel een beleidsverschuiving zou kunnen plaatsvinden. Uitdrukkelijk wil ik er echter op wijzen dat ik een voorbeeld heb willen noemen en dat ik niet heb gezegd dat er daar per se iets zou moeten gebeuren. Ik heb alleen gezegd

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 617