15 APRIL 1981
623
Ik kan mij niet herinneren dat ik in de com
missie financiën over de personeelsconsequenties
heb gesproken. Ik vind daarvan in het verslag van
de vergadering van 25 maart 1981, dat overigens
nog niet is vastgesteld, bij vluchtige lezing ook
niets terug.
De heer DE BROUWER: Dat laatste is juist,
maar een vraag van mij en een antwoord van de heer
Van Staveren daarop zijn ook keurig uit de notulen
weggelaten.'
Wethouder VAN BANNING: U krijgt nog alle kans
om dat op te merken, maar ik kan in ieder geval
bij dezen zeggen dat de vervanging van de appara
tuur geen aanzienlijke personeelsconsequenties zal
hebben
De heer De Brouwer heeft tenslotte gevraagd
of de meerkosten bij het rijk kunnen worden gede
clareerd. Er bestaan bepaalde financiële verhou
dingen tussen de kosten van de sociale dienst, de
gemeente en de rijksoverheid. Ik meen dat ook de
exploitatie van dit apparaat in de totale exploi
tatie van de sociale dienst voor nu en de komende
jaren moet worden meegenomen.
De heer DE BROUWER: Ik heb het advies van de
afdeling C.P.V. I. met belangstelling gelezen.
Tussen de regels door maar niet alleen daar
valt te lezen dat het bij het introduceren van een
nieuw sociale dienst-systeem wel degelijk ook om
het ondersteunen van een noodlijdend bedrijf als
het C.B.T. gaat. Dat doet ons twijfelen aan de ob
jectiviteit van deze instelling waar het gaat om
adviseren
De wethouder kan de bezwaren die wij op het
gebied van de personeelsconsequenties hebben, niet
met argumenten ontzenuwen. Ik houd staande dat
daarover verschillende dingen in de commissie so
ciale zaken en in de commissie financiën zijn ge
zegd.