669
21 APRIL 1981
Thans leven wij vijf jaar later en het is voor mij
een bijna onmogelijke opdracht om nog iets nieuws
toe te voegen aan alles wat is geschreven en ge
zegd over onze stadswijk De Hoge Vucht. Eigenlijk
zou dit de apotheose moeten zijn van wat jaren ge
leden in werking is gezet, maar feitelijk is er
van niet méér sprake dan van het wederom opvoeren
van verschillen van mening die bestaan ten aanzien
van de toekomstige structuur, van een eventueel
advies over een overlegorgaan en van wensen en
klachten van burgers, geuit in een vergadering die
is gehouden op 27 november 1980 in De Wegwijzer.
Die burgers spraken als hun mening uit dat zij
niet voldoende betrokken zijn geweest bij de plan
voorbereiding
Niet omdat dat zo hoort, maar omdat wij menen
dat men daarop recht heeft, willen wij eenieder
die ertoe heeft bijgedragen dat wij nu eindelijk
een besluit kunnen gaan nemen, dat enig zicht geeft
op de koers die men denkt te moeten varen --- ook
daarover bestaat nog wat vaagheid hartelijk
danken. Ik meen echter dat al degenen die al zo
lang hebben gesproken, gelezen en vergaderd na al
de commissievergaderingen de zolder al vol hebben
van bedankjes. Zij willen nu natuurlijk iets con
creets gaan zien en daar zit hem weer net de kneep.
Als wij straks met uw voorstel akkoord gaan, bete
kent dat in feite dat we iets gaan doen, doch wel
gebonden binnen financiële kaders, zodat we weder
om prioriteiten moeten stellen. Dat alles moet
weer gebeuren met heel veel praten.
Als het voorgaande negatief op u is overgeko-
men, kan ik u zeggen dat dat niet onze bedoeling
is geweest. Wel wil ik uw college vragen welke les
wij voor de toekomst uit dit gebeuren moeten trek
ken. ,Is het college met ons van mening dat dit
soort processen zó lang niet meer mogen duren en
hóe denkt u in de nu door u aangegeven structuur
de Schwung erin te kunnen houden? Sprekend over de
werkwijze voor de toekomst deel ik u mede dat wij
ons kunnen vinden in de door u aangegeven
