21 APRIL 1981
678
die leidt tot datgene waarvoor de C.D.A.- en de
V.V.D.-fractie kennelijk ook nogal huiverig zijn,
namelijk dat de bewoners niet voldoende bij de
ontwikkeling worden betrokken.
Ik wil vervolgens nog op enkele inhoudelijke
punten ingaan, in de eerste plaats op de woning
bouw waarover de Partij van de Arbeid een aantal
opmerkingen heeft gemaakt waarbij ik mij voor een
belangrijk deel kan aansluiten. Ik moet zeggen dat
er sprake is van een nogal veranderende situatie.
U wilt gedifferentieerde woningbouw in de Hoge
Vucht realiseren, dit dan naar financieringswijze
en ik kan daarmee niet akkoord gaan. Ik vind dat
daar in eerste instantie goedkopere woningen moe
ten worden gebouwd, want daaraan bestaat grote be
hoefte in Breda. Overigens is het wel een taak
voor het college, de raad en de bewoners om ervoor
zorg te dragen dat die goedkopere woningen een ge
varieerd beeld opleveren, wat mijns inziens ook
mogelijk moet zijn. Er moeten geen woningwetrij
tjes worden gebouwd die de eentonigheid in de Hoge
Vucht gaan versterken, maar wij kunnen het zeker
niet verkopen om in de Hoge Vucht duurdere koopwo
ningen te gaan realiseren die leeg zullen staan,
waardoor de leefbaarheid van de Hoge Vucht er ze
ker niet op vooruit zal gaan.
Ik wil ook nog iets zeggen over het achter
stallig onderhoud. Er wordt gesproken van 11,3
miljoen voor de hele Hoge Vucht. Ik wil concreet
van u vernemen om welke woningen het gaat. Ik vind
het wat vreemd dat in deze nota de kwestie van het
achterstallig onderhoud wordt genoemd. Ik meen dat
het uitvoeren van achterstallig onderhoud in ver
band met het beleidsplan Hoge Vucht is opgehouden,
terwijl dat beslist niet had mogen gebeuren. On
derhoud is beslist noodzakelijk en als er f 11,3
miljoen aan achterstallig onderhoud moet worden
besteed getuigt dat van een slecht beleid.
Voor wat betreft het toewijzingsbeleid wordt
verwezen naar een nota die wij nog niet hebben
vastgesteld, namelijk de nota volkshuisvesting. In