14 MEI 1981 781 alles een ongestoord verloop heeft gehad. Gezien de gebeurtenissen die zich op 30 april van het vo rig jaar in Amsterdam hebben voorgedaan en gezien de overal in het land verspreide oproepen om tij dens het koninklijk bezoek aan Breda te komen de monstreren, was er alle reden voor grote waakzaam heid. De Bredase politie, bijgestaan door politie functionarissen van elders, is er uitstekend in geslaagd door haar wijze van optreden, waarop ik dadelijk nader zal ingaan, te voorkomen dat 30 ap ril 1981 wellicht een sombere dag was geworden in de geschiedenis van Breda-Oranjestad. Waardering voor het doeltreffend optreden van de politie is dan ook zeker op haar plaats. Ook de interpellan- ten zullen niet kunnen ontkennen dat het politie optreden aan doeltreffendheid niets te wensen heeft overgelaten. Het resultaat was: geen grote wanor delijkheden, geen gewonden, geen materiële schade, een minimum aan politiegeweld en een volstrekt on gestoord verloop van de feestelijkheden. Het is spijtig te moeten constateren dat in het merendeel van de reacties van de zijde van de pers en Tweede- Kamerleden niet of nauwelijks aandacht is geschon ken aan de positieve aspecten van het politie-op- treden. Op basis van de veronderstelling dat de zo genaamde methode-Valken wel zou zijn toegepast heb ben velen zonder meer en zonder zich behoorlijk te oriënteren een negatief oordeel over het politie beleid geveld. De heer GARRITSEN: Ik wil graag even een in terruptie plaatsen. Degenen die de commentaren heb ben geschreven zijn voor een groot deel ook bij de persconferentie aanwezig geweest. De commentaren zijn met name ook gebaseerd op intervieuws van de commissaris en gesprekken met de heer Merkx, zodat ik aanneem dat de journalisten best op de hoogte waren van de gang van zaken. Bovendien was een aantal van de journalisten ter plaatse aanwezig. De heer TAKS: Ik heb bewust niet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 781