14 MEI 1981 819 alibi om het beleid niet te behoeven goedkeuren. Afgezien van de gebruikte bewoordingen verschilt de conclusie die de P.v.d.A. op dit moment uit het debat trekt niet zo veel van die van de P.S.P. Wij constateren dat de P.v.d.A. zich bij de beoorde ling van het op 30 april gevoerde politiebeleid in wezen even extreem opstelt als de P.S.P. Naar onze mening behoort een fractie die deelneemt aan het dagelijks bestuur van de stad in aangelegenheden, het politiebeleid betreffende, niet zo'n extreem standpunt in te nemen. Dat is ónze beoordeling van het beleid dat de P.v.d.A.-fractie in dezen heeft gevoerd De moties van de P.v.d.A. en de P.S.P. zullen wij uiteraard niet steunen. De heer EISSENS: Ik wil nog even reageren op de uitdaging in mijn richting van de heer Crul die mij op een gegeven moment vroeg wat er fout is gegaan. Die vraag verbaast mij zeer, gelet op de verhalen van de heer Garritsen over wat er in zijn ogen allemaal fout is gegaan, de kritiek die de P.v.d.A.-fractie op de politie heeft geuit, en de verklaring van de burgemeester dat er sprake is geweest van bepaalde feilen. Ik heb gewoon in het algemeen willen betogen, niet aan de hand van con crete voorbeelden, dat mensen die werken en leven vuile handen maken, waarvoor onzes inziens ook be grip moet worden opgebracht. Ik heb geen bepaalde gevallen op het oog, maar ik vraag begrip voor het feit dat er in de moeilijke situatie waarin de po litie verkeerde fouten mogelijk waren. Dat is de achtergrond van mijn opmerkingen met betrekking tot zaken die misschien niet goed waren. Het zal u duidelijk zijn dat de moties van de P.S.P. en de P.v.d.A. volledig tegengesteld zijn aan datgene wat wij naar voren hebben gebracht, zodat wij die moties ook niet zullen steunen. Wij zijn er wél toe bereid de motie van de V.V.D. te steunen, waarbij wij echter de kanttekening willen plaatsen dat wij de zinsnede in de motie dat het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 819