830 19 MEI 1981 ling vervallen, zeker gezien het feit dat wij vanavond nog een behoorlijk aantal agendapunten hebben af te werken. In de eerste plaats wil ik opmerken dat wij het "stuk betreffende de Enka nogal laat hebben ontvangen. In eerste instantie leek hiermee veel haast te moeten worden gemaakt, maar te elfder ure bleek de druk op de ketel toch niet zo groot te zijn, gezien het feit dat het mogelijk bleek te zijn deze discussie uit te stellen tot vanavond. Doordat het stuk betreffende de Enka ons nogal laat bereikte, was het aanvankelijk niet mogelijk het in een fractievergadering te behandelen, maar door de verschuiving van de discussie naar deze vergadering kon dat'toch nog gebeuren. De wethouder laat in zijn stuk duidelijk zien wat er in de afgelopen maanden ten aanzien van de Enka is gebeurd en welke activiteiten hij tegen de achtergrond van de door de raad aangeno men motie heeft gepleegd. Hij heeft alles keurig op een rij gezet in chronologische volgorde, waar door de leesbaarheid is bevorderd. Hierdoor zijn wij feitelijk op de hoogte van de wijze waarop de toestand zich tot op heden heeft ontwikkeld. Des ondanks moeten wij toch nog enkele opmerkingen maken Uit het gestelde op pagina 2 bovenaan van het stuk blijkt dat er aanvankelijk een misverstand bestond tussen het college en de vakbonden. Men viel op een gegeven moment over het woordje "om vang", wat kennelijk van de kant van de Enka een juridische achtergrond had, maar blijkbaar gaf dat punt verder geen aanleiding tot problemen. Wij hebben vervolgens kunnen waarnemen dat de onderhandelingen tussen de vakorganisaties en de raad van bestuur van de Enka nu niet bepaald kunnen worden getypeerd als "goed overleg". Het zou ons daarom iets waard zijn als u, zo mogelijk, enige bemiddeling zou willen verlenen teneinde die onderhandelingen goed te doen verlopen. Wij ver zoeken u dus met name ten aanzien van dit netelige

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 830