19 MEI 1981 841 deze zaak te kunnen discussiëren, maar die discus sie is vervolgens naar mei verschoven. Zeer nauw keurig is nagegaan wanneer in mei de discussie zou kunnen plaatsvinden, waarbij is geconcludeerd dat dat afgelopen donderdag had moeten gebeuren. Toen bleek dat echter niet mogelijk te zijn, hetgeen mijns inziens andere oorzaken heeft gehad. Het lijkt mij dan ook logisch dat deze kwestie vanavond als eerste onderwerp aan de orde is. Ik ben overi gens de mening toegedaan dat het uitstel van don derdag naar nu op zichzelf geen problemen oplevert. Er zijn mij geen nadere ontwikkelingen sedert don derdag bekend, maar ik weet wel dat in verband met vertragingen elders met betrekking tot adviserin gen en reacties het standpunt van de raad nog vol doende op tijd wordt geformuleerd om de nodige in vloed te kunnen hebben. Er is géén frictie opgetreden tussen het col lege en de bonden met betrekking tot het woordje "omvang". Het ging erom dat het college en de bon den beiden dachten dat zij dezelfde afspraken met de raad van bestuur hadden gemaakt en dat aan bei den dezelfde toezegging is gedaan, maar later bleek dat in de toezegging die in onze richting was gedaan één woordje meer zat dan in de toezeg ging aan de bonden. Formeel had de heer Zorgdrager dan ook gelijk met zijn conclusie dat er een andere afspraak was gemaakt; de jure kwam dat nogal vreemd over. Voor een eventuele bemiddelingspoging daar omtrent zijn afspraken gemaakt met de betrokkenen, maar op dit moment zijn die nog niet aan de orde. De heer Van Duijl heeft vervolgens een punt aan de orde gesteld, dat ik echter niet in een paar minuten zou kunnen behandelen. Hij stelde na melijk dat het in wezen conflicterend overkomt als je enerzijds zegt dat er niet tot sluiting mag worden overgegaan, terwijl je anderzijds vervangen de werkgelegenheid tracht aan te trekken. Het is per definitie uitgesloten dat het aantrekken van vervangende werkgelegenheid ook maar enig excuus of enige sanctionering zou betekenen van sluiting.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 841