866
19 MEI 1981
dat de taak van de politie betreft. Veel van wat
in dat hoofdstuk en elders in de nota is te lezen
is heel duidelijk ontleend aan opmerkingen en op
vattingen welke in de commissie openbare orde naar
voren zijngebracht.
Omtrent het handhaven van allerlei zaken in
deze maatschappij en de functie van de maatschap
pij zijn de standpunten duidelijk. Ik heb onlangs
die standpunten nog mogen verwoorden in een brief
die ik de Partij van de Arbeid heb gestuurd naar
aanleiding van de gebeurtenissen van de vorige
week. De politiefunctionarissen zijn geen mensen
die los staan van allerlei zaken welke zich in de
maatschappij ontwikkelen, hetgeen door de politie
zelf, door de burgemeester en door de kort geleden
benoemde corpschef wordt onderschreven.
De invloed van de hearings en hetgeen zich
in de stad heeft voorgedaan is dit zij de heer
Crul toegegeven op de formulering in de politie-
nota gering geweest. Ik heb zelf één hearing bij
gewoond in het Turfschip, waarbij het wél duide
lijk de bedoeling was over de politienota te spre
ken, maar het zal duidelijk zijn dat de hearings
en de contactavonden in de wijken de heren
Crul en Taks hebben zich overigens positief daar
over uitgelaten niet tot bedoeling hadden de
formuleringen in de politienota te beïnvloeden.
Het was met name de bedoeling de mensen in de
buurten en de wijken direct in contact te brengen
met de politie. Degenen die daarnaar hebben ge
vraagd kan ik zeggen dat deze contacten zich in de
toekomst geregeld zullen herhalen. Bedoelde con
tacten, zes in getal, zijn erg goed bevallen, ook
van de kant van de politie.
De heer Crul heeft vervolgens nog enkele
concrete punten genoemd, waarbij hij onder meer
heeft gezegd dat hij het eens is met het gestelde
omtrent de opleiding.
Het uitgangspunt is dat gebruik van geweld
moet worden voorkomen. Ik geloof dat iederéén het
erover eens is onlangs heb ik dat nog in aller-