872 19 MEI 1981 de gemeentegrenzen. Ik ben van mening dat u en wij als gemeenteraad ten aanzien daarvan een stuk ver antwoordelijkheid dragen, reden waarom wij ook be horen te weten waar die mensen worden ingezet en voor welke situatie, dit met het oog op hun vei ligheid. Ik heb er al op gewezen dat in andere steden daarover wél een discussie plaatsvindt. Ik meen dat dat onder meer een gunstige invloed zal hebben op de motivatie van de politiemensen wan neer zij in andere steden worden ingezet. In dit verband denk ik aan hetgeen enige tijd geleden is voorgevallen in Nijmegen, waar door de burgemees ter een beleid werd gevoerd, waarop de raad later is teruggekomen. Als het gaat om dat soort situa ties zullen wij als raad behoren te weten of ook de Bredase politie wordt ingezet; ik ben dus van oordeel dat daarover moet kunnen worden gepraat. Mijn motie laat derhalve uw verantwoordelijkheid en het feit dat u verplicht bent voor het verlenen van bijstand toestemming te verlenen onverlet. Ik hoor daarom graag van u waarom u zo veel bezwaren tegen mijn motie hebt, want ik zie die niet, al is het mogelijk dat u zich ook in dezen behoudend wilt opstellen. Overigens draagt de hele politienota een ontzettend behoudend karakter. Er worden in de nota geen aanzetten gegeven om tot een democra tisch functionerende politie te komen, terwijl daarin ook niet is terug te vinden dat de gemeen teraad in dit kader een rol zou moeten krijgen, een punt waarover ook door de heer Taks iets is gezegd. Gelet op het beleid in de afgelopen jaren zie ik geen aanwijzingen in de richting van con crete veranderingen, terwijl die naar mijn mening toch heel noodzakelijk zijn. Ik wil het thans hierbij laten. Het zal dui delijk zijn dat deze beleidsnota mijn instemming niet kan hebben. Mijns inziens dient het politie beleid op een andere leest te worden geschoeid. Met name zie ik geen aanwijzingen die duiden op democratisering binnen het politiecorps en wij vernemen ook niets over gesprekken welke worden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 872