900 19 MEI 1981 motie in dat de laatste zin van de motie als volgt gaat luiden: "alle op deze affaire betrekking heb bende stukken vertrouwelijk ter visie te leggen voor de raad"? De heer GARRITSEN: Inderdaad. De heer HENDRIKSEN: Over uw preadvies behoef ik geen opmerkingen meer te maken. U zult verder hebben begrepen dat de motie zoals die thans is gewijzigd door ons zal worden gesteund. De heer SCHURING: Nu het woord "vertrouwelijk" in de motie is ingevoegd zal voor de gehele raad de gelegenheid worden geschapen om zich maximaal op de hoogte te stellen, terwijl aan de andere kant niets naar buiten wordt gebracht, zodat niet in die zin een eventueel rechtsgeding voor de ge meente Breda ongunstig kan worden beïnvloed. Het komt mij dan ook voor dat de motie thans niet meer onacceptabel is. De heer TEN WOLDE: Ik geloof dat de controle rende taak van de raad inderdaad van belang is. Als vierde overweging staat in de motie dat de fracties in de raad thans niet in staat zijn over deze zaak inhoudelijk te praten en een frac tiestandpunt te bepalen. Dat klinkt aardig, maar ik wijs erop dat er momenteel sprake is van een beroepsprocedure en dat wij als raad inhoudelijk aan de gang van zaken niets meer kunnen veranderen. Onze argumenten vanuit het gemeentelijk belang zullen zeker niet naar buiten mogen worden gebracht, omdat dit van negatieve invloed zou kunnen zijn op de procedure en het belang van de gemeente in de zen. Ook ik ben dan ook van mening dat de stukken vertrouwelijk ter inzage dienen te worden gelegd. In de aangepaste motie kunnen wij ons derhalve vinden. Mevrouw SAELMAN-BOELENIn de commissie hebben

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 900