960
19 MEI 1981
gevallen moet de instelling voldoen aan door bur
gemeester en wethouders omtrent de minimumleeftijd
nader te stellen eisen. Dit geld "in voorkomende
gevallen" en dus niet absoluut. Ten behoeve van de
kwaliteit van het ten uitvoer gebrachte welzijns
werk en ter bescherming van onevenredig zware fy
sieke en/of psychische belasting moeten deze eisen
in voorkomende gevallen kunnen worden gesteld.
Aan het slot van zijn betoog heeft de heer
Koertshuis een garantie van het college met betrek
king tot de welzijns—c.a.o. gevraagd. De welziens-
c.a.o. is door de minister vastgesteld; in overleg
met de betrokken werkgevers en werknemers moeten
nadere regels worden opgesteld. De nu voorgestelde
verordening is op geen enkel punt in strijd met de
welzijns-c.a.o. Indien dit wel het geval was, zou
zij nietig kunnen worden verklaard. Ik zou de heer
Koertshuis willen uitnodigen ons misschien niet
nu, maar op een ander moment kenbaar te maken
op grond van welke artikelen hij van mening is dat
deze verordening met de welzijns-ca.o. in strijd
is.
Mevrouw Den Ouden heeft erop gewezen dat de
uiteindelijke discussie aan de hand van de nota
"Werken aan welzijn" zal worden gevoerd. Zij heeft
haar verheugenis over het aanbrengen van enige
wijzigingen uitgesproken; ik zal daarop nu niet
meer ingaan. Overigens is de nota "Werken aan wel~
zijn" op het ogenblik al in acht of negen wijkbijr
eenkomsten aan de orde gesteld. Ik heb slechts en
kele inspraakavonden kunnen meemaken, waarbij ik
heb begrepen dat telkens de vertegenwoordigers van
de ambtelijke werkgroep de aanwezigen aanbieden zo
nodig nog een tweede keer te komen praten. Gister
avond of de avond daarvóór is op verzoek van een
aantal mensen in De Beurs-Modern een inspraakavond
gehouden en morgen of overmorgen hebben we nog een
stedelijke inspraakavond. We hebben in dezen wat
langer de tijd en ik hoop dat we daarvan langs al
le kanten een goed gebruik zullen kunnen maken.
Het uitbrengen van een populaire versie,