991
25 JUNI 1981
ANTWOORD
Ad. 1.
Aan een werkelijke oplossing voor door U gesigna
leerde discriminatie van zigeuners op Europees ni
veau behoort op internationaal niveau gewerkt te
worden.
De vereniging van Nederlandse gemeenten waarbij de
gemeente Breda is aangesloten, heeft in 1977 toe
gezegd medewerking te verlenen aan de opvang van
500 in die tijd illegaal in Nederland verblijvende
zigeuners, toen de Rijksoverheid besloten had deze
groep in Nederland toe te laten. Daarbij is de
V.N.G. met regering overeengekomen dat in de toe
komst niet opnieuw zou worden overgegaan tot lega
liseren van illegaal in ons land verblijvende zi
geuners.
Dit beleid wordt door de gemeenten gevolgd.
Het beleid van staatssecretaris Haars om de door
U bedoelde groepering niet toe te laten is hiermee
in overeenstemming.
Voor het probleem van de in ons land verblijvende
zigeuners, gedurende de procedure van uitwijzing
wordt door alle betrokken instanties gezocht naar
mogelijkheden van tussentijdse, menswaardige op
vang.
Dit is overigens primair een beleid dat op lande
lijk niveau gecoördineerd moet worden.
Ad. 2.
Zoals uit ons antwoord op vraag 1 blijkt, is het
beleid van staatssecretaris Haars in overeenstem
ming met eerdere afspraken. Bovendien is dat be
leid een directe verantwoordelijkheid van de rege
ring waarvan goed- of afkeuring op parlementair
niveau plaatsvindt.
Ad. 3.
Als de gemeente Breda een aantal zigeuners van
bedoelde groep een standplaats zou aanbieden, zou