25 JUNI 1981
992
dit eerder door de V.N.G. gemaakte afspraken door
kruisen.
Daarbij is te betwijfelen of de regering gemeenten
financieel wil ondersteunen als zij aan zigeuners
standplaatsen aanbieden.
Bovendien wordt de gemeente Breda op dit moment
geconfronteerd met de uitvoering van het decentra
lisatiebeleid ten aanzien van woonwagenstandplaat
sen voor Nederlandse woonwagenbewoners. Het reali
seren van nieuwe locaties voor woonwagenstandplaat
sen is een moeilijke taak, die niet verzwaard zou
moeten worden door de problematiek van illegaal in
ons land verblijvende zigeuners.
Ad. 4.
Breda is niet betrokken bij de problematiek van
bedoelde groep zigeuners,
VRAAG (gesteld d.d. 2-2-1981 ing. art. 48, 2e lid
R.v,0.
de heer Hendriksen:
1. Kunt U ons mededelen welke "objectieve" conse
quenties de objectieve verdeling van gelden
voor de gemeente Breda heeft voor 1981? (m.a.w.
gaan we erop vóóruit of achteruit?)
2. Mocht de verdeling negatief uitvallen, bent U
dan bereid de consequenties z.s.m. te bespreken
met de belanghebbende commissies uit de raad?
3. In het artikel in het welzijnsweekblad wordt
gevreesd dat vooral gemeenten met een groot
aantal werklozen geld moeten inleveren. Geldt
dit voor Breda?
4. Tevens wordt aangegeven dat zowel forenzen-ge-
meenten als de provincie Brabant geld moeten
inleveren, De vraag is of deze maatregelen di
rect of indirect consequenties hebben voor de