1022 29 JUNI 1982 De heer EISSENS: Ik snap er niets meer van! Begint u nu het vuurtje weer op te stoken? Ik heb een vraag gesteld en in antwoord daarop heeft de wethouder namens het college gezegd dat bepaalde dingen inderdaad niet helemaal comme il faut zijn gegaan. Daarmee is de zaak af. De wethouder heeft gezegd: "sorry, het zal niet meer voorkomen," en het college heeft te kennen gegeven dat iets der gelijks zich niet nog eens mag voordoen. Daarmee is antwoord gegeven op mijn vraag en ik begrijp niet hoe men mij nu verwijten kan maken of kan zeggen dat ik niet weet waar ik over praat. Ik weet erg goed waar ik over praat en voor mij is de zaak nu af. Het is duidelijk. De heer CRUL: De zaak is wel af, maar de frac tie van de P.v.d.A. kan toch ook iets concluderen? U hebt gezegd dat de in dezen verantwoordelijke wethouder misbruik heeft gemaakt van haar functie. De heer EISSENS: Ik heb over "onjuist gebruik gesproken en dat is iets heel anders dan "misbruik De heer CRUL: Nee, u hebt het vandaag gezegd. De heer EISSENS: Ik heb het niet gezegd. Dat blijkt uit mijn aantekeningen en mijn fractie kan het beamen. De heer CRUL: Het maakt niet zo veel uit of er wordt gesproken over onjuist gebruik of over misbruik van functie, ook al is het één dan wat erger dan het ander. Daarnaast hebt u een vergelijking gemaakt met de centrale verkeersregeling, waarover we straks gaan praten. Uit het antwoord van het college blijkt dat u in wezen vóór uw beurt hebt gesproken en dat u een oordeel hebt gegeven terwijl dat eigenlijk niet kon. De informatie die van de kant van het college is gegeven, maakt duidelijk dat er toch eigenlijk niets bijzonders is gebeurd, zeker

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 1022