29 JUNI 1982
1047
Bredase bürger, maar mijn vraag is: wat zijn de
sanctiemiddelen?
Aangezien de Bredase binnenstad en vormen van
detailhandel op perifere lokaties in de regio een
belangrijke functie vervullen, is het jammer dat
een regionaal beleid ter zake nog ontbreekt. Kun
nen wij dit alsnog tegemoet zien?
De heer TEN WOLDE: Er is, zoals mevrouw Van
Rooij terecht constateerde, een nota geproduceerd
die gebaseerd is op voorgaande raadsvoorstellen.
De nota kan ingrijpende consequenties hebben voor
de detailhandelsvestigingen in de stad. Mijn frac
tie onderschrijft volledig dat er enige ordening
moet worden aangebracht in de structuur en de
hiërarchie van de detailhandel, zeker wanneer het
gaat om de ongecontroleerde vestigingen die de af
gelopen jaren hebben kunnen plaatsvinden. We zou
den een dergelijke ontwikkeling moeten voorkomen.
Men zou de nota in een bepaald opzicht ge
vaarlijk kunnen noemen. Zij betreft immers een
problematiek waarbij een gemeente waarschijnlijk
achter de ontwikkelingen aan loopt, terwijl ik bo
vendien heb begrepen dat het niet eenvoudig zal
zijn met het beschikbare en eventueel nog te cré-
eren instrumentarium het gewenste beleid te voeren.
Bij de behandeling in de commissie zijn bestem
mingsplannen en hinderwetvergunningen als instru
menten genoemd; ook is gesproken over het eventu
eel opstellen van verordeningen die het mogelijk
zouden maken bepaalde ontwikkelingen te reguleren.
Hoe moeilijk het zal zijn het beleid hard te ma
ken, blijkt ook uit de stukken. Vele van de te ne
men besluiten omschrijven slechts bedoelingen of
kondigen het ontwikkelen van een verordening aan,
zonder dat zij een kader bieden waarin handelend
kan worden opgetreden.
Wanneer iemand een verzoek met betrekking tot
een vestiging doet of het college verzoekt ten
aanzien van de ontwikkelingen tot een afweging te
komen, komt het college waarschijnlijk in een