1162
26 AUGUSTUS 1982
er naar ik heb begrepen geen woord aan gewijd,
terwijl het onderwerp toch belangrijk genoeg is.
Het gaat hier om een evaluatie van de uitvoering
van het programma van de nota volkshuisvesting,
terwijl er bij de behandeling van die nota in de
raad heel wat stampij is gemaakt over de vraag
hoeveel woningen er zouden moeten worden gebouwd
en welke verdeling naar categorieën wenselijk zou
zijn. Nu de eerste evaluatie vóór ons ligt, zien
we daarin een bevestiging van het politieke stand
punt dat steeds door de P.S.P. is ingenomen. De
P.S.P. heeft steeds te kennen gegeven dat zij
niets in koopwoningen zag en inderdaad blijkt de
koopwoningensector helemaal te zijn ingestort: er
is hier sprake van een overgang naar de premiesec
tor, waarin wij een gezonde ontwikkeling zien, ook
al is in de premiesector nog niet alles volstrekt
duidelijk en doen zich nog de nodige problemen
voor. In ieder geval is er een tendens in de rich
ting van de gesubsidieerde bouw, hetgeen naar mijn
mening gunstig is.
Zeker met het oog op de in 1982 te bouwen
aantallen is het van groot belang dat de plannen
werkelijk klaar liggen. Uit de notitie maak ik op
dat het nog wel de nodige problemen met zich zal
meebrengen het benodigde aantal plannen echt in de
kast te krijgen. We moeten ruim plannen in voor
raad hebben die kunnen worden ingediend, zodat we
de contingenten die Breda mondjesmaat toebedeeld
zijn ook werkelijk effectief kunnen gebruiken. Ik
heb op dit punt nogal wat twijfels.
Er is een werkgroep die zich met de knelpun
ten in de woningbouw in Breda bezighoudt. Ik wil
de zaak waarover ik vragen heb gesteld nu niet op
rakelen, maar ik wil er nog wèl op wijzen dat er
ruim 150 premiebeschikkingen voor het Kwatta-ter-
rein zijn weggegeven, terwijl de plannen mogelij
kerwijs niet eens zullen worden gerealiseerd. Ik
zou willen vragen hoe die zaak is opgepakt in de
werkgroep die over de knelpunten gaat praten. Wat
de door het rijk afgegeven premiebeschikkingen
