1164
26 AUGUSTUS 1982
globale kanttekeningen die van de zijde van de
raad zijn gemaakt. Ik kom daar niet uit en ik zal
mijn antwoord dan ook maar heel pragmatisch en
kort houden, mij beperkend tot de beantwoording
van een aantal concrete vragen.
Allereerst wil ik een misverstand wegwerken,
en ik ben daartoe in staat doordat vanmorgen een
bevestiging is uitgegaan. Twee maal heeft op de
voorpagina van de stadskatern van onze gewaardeer
de lokale pers gestaan dat Breda als groeistad op
het gebied van de woningbouwproduktie achterblijft
Op het moment dat die zogenaamde administratieve
achterstand was ingehaald heeft op pagina 3 een
klein berichtje gestaan, inhoudende dat Breda bij
de groeisteden redelijk voorop ligt. Ik kan mede
delen dat heden, ondertekend door het college, een
bevestiging naar de hoofdingenieur-directeur is
uitgegaan die erop neerkomt dat Breda waarschijn
lijk als eerste gemeente al zijn contingenten voor
het komend jaar met harde plannen heeft ingevuld.
Het laatste plan van de Algemene Woningbouwvereni
ging is vanmorgen aan de h.i.-d. aangeboden. Men
hoeft dus niet bang te zijn dat er geen harde plan
nen onder de contingenten 1983 liggen.
Een tweede punt, dat hiermee samenhangt, is
dat door het college afgelopen dinsdag wat doen
wij toch veel.' het woningbouwprogramma voor het
komend jaar is vastgesteld, waarbij wij aan de
h.i.-d., ter voorkoming van wederom te grote kor
tingen op onze contingentering voor 1983, een
bouwprogramma voor dat jaar met harde plannen heb
ben aangeboden dat 1.900 wooneenheden omvat. Ik
zeg u het maar, want we krijgen het niet; dat moet
ik niet in de openbaarheid zeggen. In ieder geval
zal men ons nooit mogen verwijten dat we een en
ander niet hard genoeg hebben aangeslingerd. De
volgende wethouder van openbare werken, ruimte
lijke ordening en volkshuisvesting, wie dat ook
moge zijn, kan daarmee mijns inziens zijn voordeel
doen.
Nu gaat het erom dat een en ander mede het