16 SEPTEMBER 1982
1289
te ventileren en nadat mijn fractiegenoot, de heer
Berkhout, inhoudelijke punten met betrekking tot
de stadsverwarming naar voren heeft gebracht, is
aan mij de taak het financieel perspectief voor de
gemeente te schetsen. De fracties van P.v.d.A. en
C.D.A. hebben ons doodgegooid met veel cijfers.
Dat verkort mijn verhaal aanzienlijk, wat mij voor
de raad aantrekkelijk lijkt.
Het woord "perspectief" is in feite niet
juist. "Perspectief" staat immers voor "doorzicht-
kunde" en juist doorzichtigheid is in verband met
de vele variabelen waarmee computerberekeningen
werden en worden uitgevoerd niet aanwezig. In de
commissievergadering van verleden week donderdag
was sprake van twee gehanteerde rekenmodellen: dat
van de KEMA en dat van de Adviescommissie in Col
lectieve Verwarmingszaken (A.C.V.). In het model
van de KEMA is geen rekening gehouden met invloe
den van financieringskosten ingevolge NEOM-lenin-
gen en met invloeden van mogelijk door de PNEM te
eisen boetes ingevolge artikel 15 van het afge
sloten afnamecontract. Gelukkig is dit laatste
reeds achterhaald. Ook de rente over de negatieve
en positieve exploitatieresultaten is niet in de
KEMA-berekening meegenomen, aldus het rapport van
de A.C.V. In het door de A.C.V. gehanteerde reken
model is wèl met deze parameters rekening gehouden.
De A.C.V. komt dan ook in punt 5 van haar rapport
tot de conclusie dat het stadsverwarmingsproject
niet uit de rode cijfers zal komen. Als oorzaken
hiervoor voert de A.C.V. aan: de lagere aardgas-
prijzen, de lagere warmte-afnamesde hogere in
vesteringen per Giga-joule verbruik, de hogere
rentestand en het "niet anders dan"-principe, wat
dat kan ook exact moge betekenen.
Met betrekking tot het bovenstaande valt het
volgende op te merken. Dat de KEMA bij de bereke
ningen geen rekening heeft gehouden met financie
ringslasten, is mijns inziens een omissie. Ten
aanzien van de rente over negatieve en positieve
resultaten is het duidelijk dat door de A.C.V.