1292 16 SEPTEMBER 1982 EnWa-bedrijf in het begin wel erg lichtvaardig met cijfers is omgesprongen. Een dergelijke lichtzin nigheid is ten opzichte van burgers in Breda een onverteerbare zaak. De vertegenwoordigers van het bewonerscollectief IJpelaar zijn, zoals in ons ge sprek van afgelopen maandag is gebleken, bereid een afkoopsom van 500,te verdedigen. Dit nu is het afwegingsproces waarvoor wij zijn komen te staan. Het collectief IJpelaar wilde een tweetal posten ten aanzien van energiekosten en toekomstig onderhoud tot een bedrag van in totaal 639, eruit gesleuteld zien. Onzes inziens echter is me de in het licht van het financiële belang van de stad Breda het uiteindelijke bod van 1.104, redelijk. Wèl vragen wij burgemeester en wethou ders te bewerkstelligen dat in mogelijke toekom stige gevallen het EnWa-bedrijf zorgvuldiger zal optreden. De heer DE BRUIJN: Hoe dieper je in de mate rie van de stadsverwarming duikt, des te ongrijp baarder lijkt deze materie te worden. De gevolgen zijn bijna niet meer te overzien en zijn dusdanig afhankelijk van componenten die niet of bijna niet te beïnvloeden zijn, dat de risico's die aan het hele project kleven onvoorstelbaar groot kunnen worden. Zonder al te diep in te gaan op de rappor ten van de KEMA dat hebben we in de commissie al voldoende gedaan meen ik dat de conclusie kan worden getrokken dat Breda zich met dit pro ject aardig in de nesten heeft gewerkt. De conclu sies van de rapporten van de KEMA lijken gunstig, maar bij de gekozen uitgangspunten zijn diverse aannames waarvan de realiteitswaarde op dit moment kan worden betwijfeld. Wat een bijstelling kan be tekenen, is aangegeven in het rapport van de A.C.V., een rapport dat overigens naar ik meen bij iedereen bewondering zal afdwingen, gelet op de vele tijd die erin is gestoken... De heer DREEF: Bij u niet dan?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 1292