26 JANUARI 1982 135 komen. Ten aanzien van het punt inzake het Frans Heylaertsplein wil het college kenbaar maken dat het lopen van risico's door de gemeente niet ge heel uitgesloten moet worden geacht. Om die reden acht het college het verstandig dit punt nu niet te behandelen, maar deze problematiek eerst nog eens aan de orde te stellen in de commissie open bare werken. Bij het zojuist aan de orde gestelde voorstel gaat het om een aangelegenheid die vier partijen betreft. Wanneer twijfel zou ontstaan omtrent één van die partijen, zou het naar het oordeel van het college niet aangaan de problematiek uit de weg te gaan en daarmee tegelijkertijd de totstandkoming van de stichting op de tocht te zetten. In elk geval zal er door de oprichting van de stichting zonder de minste twijfel meer duidelijkheid met betrekking tot de toewijzing gaan ontstaan. Voorts is dit voorstel gebaseerd op besluiten die al op 28 oktober 1981 zijn genomen. De gemeente loopt in dezen geen risico's en juist wanneer wij hier toe niet zouden overgaan zou dat wellicht finan ciële risico's voor de gemeente meebrengen. Mevrouw DEN OUDEN-JANSENNa de uitvoerige discussies in de commissies en de uitputtende be antwoording door uw college wil ik in de eerste plaats meedelen dat onze fractie content is met het thans voorliggende preadvieswaarin de samen werking met de woningbouwcorporaties voor wat be treft de verdeling van de woningen wordt geregeld. Het preadvies valt uiteen in twee delen, na melijk een beginsel-overeenkomst voor de oprich ting van de stichting en een systematiek voor de verdeling van de woonruimte. Onze fractie gaat ermee akkoord dat u op basis van deze beginsel overeenkomst een gesprek zult aangaan met de wo ningbouwverenigingen om tot oprichting van een stichting te komen. Om te kunnen beoordelen of de systematiek voor de woonruimteverdeling in de praktijk zal

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 135