136 26 JANUARI 1982 werken zoals ons voor ogen staat, komt het ons verstandig voor dat u pas over een jaar, na een evaluatie, een definitief besluit hieromtrent aan ons zult voorleggen. Wij verzoeken u wel ons van de voortgang op de hoogte te houden, opdat wij bij de ontwikkelingen betrokken blijven. De heer HENDRICKS: Ik moet u zeggen dat de motivering van het college voor het in behandeling nemen van dit agendapunt niet bijzonder overtui gend op mij is overgekomen. U hebt gezegd dat met betrekking tot het Heylaertsplein risico's niet geheel uitgesloten kunnen worden geacht De VOORZITTER: Dat punt is nu niet aan de orde. De heer HENDRICKS: In dat geval gaat het om een bedrag van 371.000,ten aanzien waarvan de H.I.D., indien ik het indertijd uitgebrachte advies goed heb gelezen, positief heeft geadvi seerd. In het onderhavige geval gaat het om vier partijen en u stelt dat wanneer één van die par tijen mogelijkerwijs enig risico zou kunnen ople veren de hele ontwikkeling op dit moment toch niet kan worden stopgezet. Deze aangelegenheid betreft drie woningbouwverenigingen en de gemeen te, maar je kunt ook spreken van twee partijen, enerzijds de gemeente en anderzijds de woningbouw verenigingen tezamen. Het is bekend dat voor wat betreft de laatst genoemde partij bij twee van de drie woningbouwverenigingen momenteel problemen aan de orde zijn. Bij Laurentius heeft dat geleid tot de maatregelen die u bekend zijn De VOORZITTER: Ook dat probleem is nu niet aan de orde. De heer HENDRICKS: Akkoord, maar in relatie tot de stichting en het element waarvoor wij nu bij elkaar zijn heeft het naar mijn mening wel

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 136