138
26 JANUARI 1982
zijn van een 3 2-verhoudingEr wordt gesteld
dat dit niet het geval is en daarom wil ik nog
wel eens met u gaan rekenen. Wanneer het gaat om
toelating van nieuwe deelnemers in de stichting,
uitbreiding van het bestuur, spoeduitgavenwij
ziging van de statuten en ontbinding van de stich
ting moet tenminste drievierde van het aantal zit
ting hebbende leden aanwezig zijn. Drievierde van
vijf is voor mij vier. Voor het nemen van beslui
ten omtrent de genoemde aspecten is een drievier
de-meerderheid vereist van het aantal leden dat
aan de stemming heeft deelgenomen. Drievierde van
vier van vier is drie en dat staat dus voor de
drie woningbouwverenigingen. In de commissiever
gaderingen is gezegd dat deze berekening niet
klopt, omdat de leden er altijd zullen zijn. Je
kunt wel op voorhand daarvan uitgaan, maar in de
praktijk blijken bestuursvergaderingen lang niet
altijd door het volledige bestuur te worden bij
gewoond
Indien de ambtenaren die in het bestuur van
de stichting zitting zullen gaan nemen niet aanwe
zig kunnen zijn, zal volgens de informaties van
de heer Van Dun een plaatsvervanger naar de ver
gadering worden gestuurd. Waar kunnen wij in de
statuten daarover iets vinden?
Wanneer alle leden aanwezig zijn is er spra
ke van een aantal van zeven. Zodra de stichting
zeven bestuursleden heeft zullen wij als raad van
de gemeente Breda buiten spel staan. Hierbij komt
nog dat het college in de vergadering van de com
missie openbare werken te kennen heeft gegeven
dat het aan de raad wil voorstellen twee ambtena
ren van het woningbedrijf voor te dragen voor het
vervullen van deze bestuursfunctiea0In een arti
kel in het tijdschrift "Openbaar Bestuur" van 17
december 1981 met als titel "Verantwoordingsplicht
inzake overheidsstichtingen" schrijft mr. dr. Van
den Burg het volgende: "Beleidsambtenaren moeten
niet als leden van een orgaan van een overheids-
stichting optreden. Dit levert onoverbrugbare