26 JANUARI 1982 139 spanningen op "tussen ambtelijk instructierecht en het rechtspersonenrecht.". Zijn de reglementen voor de voordrachtencom missie en de geschillencommissie onderworpen aan goedkeuring van de dagelijkse besturen van deel nemers en oprichters, het huishoudelijk reglement wordt vastgesteld door het bestuur van de stich ting. Er wordt gezegd dat de raad van de gemeente Breda de inhoud van het beleid bepaalt. Onzes in ziens houdt dat in dat ook de controle op dat be leid bij de raad behoort te liggen. De uitvoering van het beleid, waartoe wij onder meer het regle ment voor de geschillen- en de voordrachtencommis sie rekenen, is evenwel slechts onderworpen aan de goedkeuring van de onderscheidene dagelijkse besturen van deelnemers en oprichters. Ten aan zien van het huishoudelijk reglement, waarin on der andere de in artikel 10 van de statuten ge noemde openbaarheid moet zijn geregeld, is geen enkele goedkeuring nodig. Het bestuur stelt dit op en doet daarvan mededeling aan de dagelijkse besturen. Ik kom vervolgens op het punt van de finan ciën. Uit de stukken blijkt onzes inziens duide lijk dat naar de betreffende begrotingsposten is toegerekend. Uit bijlage 4 blijkt dat men de ge raamde kosten van 685.000,minimaal acht voor een goed functionerend bureau, en uit bijlage 3 blijkt dat de kosten tot f 647.000,zijn terug gebracht, precies het totaal van de beschikbare middelen. Wij vragen ons af wat er zal gebeuren wanneer het budget van de stichting wordt over schreden, gelet op artikel 20 lid 3, waar het gaat over spoeduitgavenDaarbij komt nog dat in de in bijlage 3 aangegeven begroting niet zijn opgenomen de inboedel en de mogelijke andere za ken die de gemeente Breda in eigendom aan de stichting zal overdragen, zoals verwoord in de beginselovereenkomst onder punt 6. Zal die over dracht om niet geschieden? In artikel 4 van genoemde beginselovereenkomst

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 139