30 SEPTEMBER 1982
1401
hetgeen de heer Crul in onze richting daaromtrent
heeft gezegd, met name op het punt van Ruitersbos.
Ik wijs er de heer Crul op dat in de bezwaar
schriften niets is te lezen over de sociale con
frontatie tussen de eventuele toekomstige bewoners
van Ruitersbos en de huidige bewoners van Ruiters
bos. Wel kan men op bladzijde 26 van het pread
vies lezen dat, gezien de aard en het karakter
van de beide partijen mede gezien de locatie als
zodanig, de kans op integratie aldaar niet zo
groot is. Voorts vergeet de heer Crul kennelijk
datgene wat jaren lang vanuit zijn fractie omtrent
de landschappelijke waarde van het betreffende
gebied naar voren is gebracht, daar hij dat nu met
voeten treedt. Met het oog daarop sprak ik over
een klap in het gezicht, want gedurende vele ja
ren hebben we met grote zorgvuldigheid bepaalde
procedures gevolgd, maar thans wordt, zonder dat
daarvoor enige inhoudelijke argumentatie wordt
gegeven, zonder meer daar doorheen gefietst. De
situatie op Driekoningenoord staat hier los van
en dat geldt eveneens voor het feit dat in be
staande bestemmingsplannen wel vaker bepaalde in
grepen moeten worden gepleegd. Een afweging is in
feite niet gemaakt en zonder op een aantal punten
in ons betoog in te gaan heeft de wethouder eigen
lijk voornamelijk naar voren gebracht dat het nu
voorgestelde móet gebeuren, zodat het inderdaad
een kwestie van "stikken of slikken" is. Het is
in dezen ook niet van belang of we de worst lek
ker vinden of niet. Wij hebben begrip voor het
standpunt van het college dat bepaalde dingen in
derdaad moeten gebeuren, maar ten aanzien van be
paalde ruimtelijke-ordeningsaspecten hebben we
geen duidelijk antwoord gekregen dat aantoonde dat
er een goede afweging is gemaakt. Het verbaast
ons dat u voorstelt alle bezwaarschriften onge
grond te verklaren, want dit is onlogisch en ook
statistisch bijna niet verklaarbaar. Er zitten
zeker bezwaarschriften tussen die op het punt van
de ruimtelijke aspecten anders hadden moeten