1449
5 OKTOBER 1982
voor de onderhavige afdeling, anderzijds betreuren
wij het dat dit proces van twee aanvragen tot dit
resultaat heeft geleid. Aan de ene kant heeft het
ontbroken aan een door de staatssecretaris van On
derwijs en Wetenschappen toegezegde notitie inzake
het beleid met betrekking tot I.T.O. en L.T.O.
aan de andere kant is op plaatselijk niveau een
samenwerkingsproces op gang gebracht dat mede door
verschil in visie binnen de twee scholen niet ge
leid heeft tot het gewenste resultaat.". Wij vin
den deze gang van zaken op zijn minst hoogst merk
waardig en wij zullen ook graag vernemen welke de
beweegredenen van de staatssecretaris zijn geweest
om het besluit aldus te nemen.
Wethouder SANDBERG: Vermoedelijk zou de heer
Gielen er weinig prijs op stellen indien ik de he
le historie rond dit proces nog eens zou herhalen,
maar ik wil nog wel even de belangrijkste punten
noemen
Eind 1978 hebben wij in overleg met de in
specteur van het L.T.O. het voorstel gedaan om via
de planprocedure I.T.O.-consumptief aan de L.T.S.
te verbinden, hetgeen heeft geleid tot het raads
besluit van januari 1979. Het I.T.O.daarvan in
kennis gesteld, diende eveneens een aanvrage in,
hetgeen zijn goed recht was. Dit leidde tot een
discussie in de raad en de toenmalige wethouder
van onderwijs heeft bij die gelegenheid de raad,
mede naar aanleiding van de motie, toegezegd dat
op enigerlei wijze naar samenwerking zou worden
gestreefd. Wanneer ik in de dossiers over de pe
riode daarna duik, moet ik eerlijk zeggen dat het
mij een beetje begint te duizelen. Er hebben sinds
dien vele gesprekken plaatsgevonden om tot eniger
lei vorm van samenwerking te komen, waarbij aller
lei modellen ter sprake zijn gebracht, maar alles
strandde op het gegeven dat het Rooms-Katholiek
I.T.O. bleef persisteren bij een zelfstandige af
deling. Dit proces kreeg nog een staartje doordat
ook de N.K.S.R. en het Kogvo hierbij betrokken