1465 5 OKTOBER 1982 beleid voor jeugdige werklozen ontstaat, waarin geen scheiding bestaat tussen jongeren die een uitkering krijgen en jongeren die toevallig in zo'n project kunnen deelnemen. Mevrouw WOUTERS-KOOTSTRAHet scheppen van mogelijkheden die een bijdrage leveren aan het oplossen van de jeugdwerkloosheid heeft, zoals in ons program-akkoord staat, een hoge prioriteit. Door middel van rijkssubsidies worden mogelijkhe den geboden om met éénjarige arbeidsprojecten te starten, die een aantal jeugdige werklozen aan de slag helpen. Het klinkt prachtig, maar wij vragen ons wel af of deze manier een oplossing biedt, want wat gebeurt er structureel? Dit project valt onder de werkgelegenheidsvermimende maatregelen, terwijl er verleden jaar al zes experimentele ar beidsprojecten voor jeugdigen zijn gestart. De opzet van dergelijke projecten is om jongeren ge durende een jaar ervaring te laten opdoen, opdat zij vervolgens gemakkelijker in het bedrijfsleven aan de slag kunnen komen. Vanavond is al eerder gevraagd of over de resultaten hiervan al iets bekend is. Vindt de doorstroming inderdaad plaats, of komen de jongeren voor de tweede maal in zo'n project terecht? Staan zij wellicht na een jaar weer met lege handen? Wat gebeurt tijdens dat jaar aan begeleiding, vorming en scholing? In het kader van de WVM worden de salariskosten volledig gesubsidieerd en er wordt in deze maatregel ge sproken over aanhaking bij een overheidslichaam of een non-profitinstelling, dus particulier ini tiatief met beroepskrachten. Hoe wordt de aanha king van dit project geregeld en bij wie komen deze mensen in dienst? Is er met het particulier initiatief overleg over gepleegd en wordt een re latie gelegd met de organisatievorm van de EAJ's of komen de mensen tijdelijk in dienst van de ge meente? Wat is de relatie .van het project met de opvang van jeugdige werklozen en de subsidie die door CRM beschikbaar is gesteld voor de regio

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 1465