26 JANUARI 1982 147 op deze materie hebben dan de gemeentelijke over heid, maar wanneer bevoegdheden aan een stichting en aan woningbouwverenigingen worden afgestaan zal dat wel op een democratische wijze moeten ge beuren. Die woningbouwverenigingen ik spreek nu over alleLdriebehoren democratisch te functione ren, democratische statuten te hebben enzovoorts. Hetzelfde geldt in feite voor de gemeente. Deze zal twee functionarissen aanwijzen, en het is op dit moment nog niet duidelijk hoe dat zal gaan gebeuren. Gezien de gemeentelijke inbreng in het geheel, ook voor wat betreft het aandeel woningen, moet in wezen worden verwacht dat ook het gemeen telijk woningbedrijf op democratische wijze func tioneert en dat de bewoners een bepaalde zeggen schap De heer OOMEN: De mensen van het woningbe drijf zijn in onze dienst, zodat we op hun werk controle kunnen uitoefenen. Wat is dit voor non sens! U twijfelt kennelijk aan de ambtenaren. De heer GARRITSENDit begrijp ik helemaal niet. De heer OOMEN: Het woningbedrijf is een be drijf van onze gemeente en de gemeenteraad is de baas van alle ambtenaren. Als u vindt dat bepaalde ambtenaren hun best niet doen moet u ze ontslaan! De heer GARRITSEN: Ik vind dat een uitsteken de opmerking, maar ik wil wel wijzen op de moties die de Partij van de Arbeid jaren achtereen in deze raad heeft ingediend om te bevorderen dat de woningbouwverenigingen zouden worden gedemocrati seerd. De heer OOMEN: Dat is een heel andere zaak! De VOORZITTER: Ik verzoek u wel om de beurt te spreken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 147