148 26 JANUARI 1982 De heer GARRITSEN: Gelet op die moties zal juist ook het woningbedrijf van de gemeente demo cratisch van opzet moeten zijn, hetgeen echter nog niet het geval is. Ik zou bijna willen zeggen dat de bewoners van de woningen van het gemeentelijk woningbedrijf nog minder hebben te vertellen dan de bewoners van woningen van enkele woningbouw verenigingen. Mijns inziens zal daaraan duidelijk iets moeten gebeuren en pas dan kan ook worden gepraat over democratisch functioneren van de wo ningbouwverenigingen. Terecht heeft de heer Oomen opgemerkt dat wij bestuurlijk op het gemeentelijk woningbedrijf invloed hebben, maar bij democratie gaat het om een andere ingang; dan gaat het erom dat ook de bewoners zelf iets te vertellen moeten hebben De heer SCHURING: Dat geldt ook voor de le den van de woningbouwverenigingen. De heer GARRITSEN: Inderdaad, heel duidelijk, en juist daaraan ontbreekt het zeker bij een twee tal woningbouwverenigingen, zoals is gebleken uit stukken die wij onlangs hebben gekregen. Wanneer er ook bij de gemeente op dat punt iets aan schort, meen ik te moeten vaststellen dat het geen erg democratische stichting zal zijn. In de stichting zullen drie woningbouwverenigingen elk met één bestuurslid participeren. Bij twee woning bouwverenigingen is momenteel een justitieel on derzoek aan de gang en bij de andere functioneert zelfs een interim-bestuur. Ik vraag mij daarom af met wat voor instellingen wij eigenlijk concreet zaken doen. De woningen van Laurentius worden mo menteel al voor 100% door ons toegewezen en mijns inziens zal dat ook met de woningen van bijvoor beeld St. Joseph moeten gebeuren, wat naar mijn mening aan die woningbouwvereniging kenbaar zal moeten worden gemaakt. Gezien hetgeen met betrek king tot twee woningbouwverenigingen naar buiten is gekomen zal eerst het een en ander democratisch

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 148