18 NOVEMBER 1982 1609 gezegd enige moeite, maar voor het overige vinden wij het een uitstekende nota. Wethouder RöMKENS: Ik kan mij alleen maar aansluiten bij'dit vreugdevolle gebeuren in deze raad. Ik zie slechts blije gezichten... De heer GOOS: Is dat zo? Wethouder RöMKENS: ...en u mag van mij dus niet verwachten dat ik uw blijheid ga temperen. Een aantal uwer heeft verwezen naar het pro gramakkoord en ik wil dat ook doenOp de paginas 22 en 27 van dat akkoord vindt u passages die ex tra aandacht vragen voor de kinderopvang, waarbij een vergelijking met een basisvoorziening wordt gemaakt. Ik zeg dit zo nadrukkelijk omdat een raadslid de kinderopvang als basisvoorziening in terpreteert. Wij hebben echter in het programak koord gezegd dat kinderopvang zodanig dient te worden opgezet dat het vergelijkbaar is met een basisvoorziening, zeker voor wat de financiële con sequenties betreft. Mevrouw Van Beusekom heeft opgemerkt in prin cipe niet tegen kinderopvang te zijn, waaruit ik opmaak dat zij in principe voor kinderopvang is, maar wil zich, in tegenstelling tot mevrouw Pau- lussen, ietwat terughoudend opstellen ten aanzien van het stimuleren van kinderopvang en eerst de bestaande behoefte peilen. Zij heeft daarbij als voorbeeld de Haagse Beemden genoemd. Ik kan mevrouw Van Beusekom in dezen geruststellende Haagse Beemden,is in deze intentieverklaring een van de wijken die prioriteit heeft bij de realisering van kinderopvang Zij heeft aan het eind van haar betoog een drietal vragen gesteld. Haar eerste vraag had be trekking op onze aansprakelijkheid ter zake van het uitspreken van een intentieverklaring. Er zijn meer mensen die over dit aspect hebben gesproken. Ik meen dat je met een intentieverklaring, zeker

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 1609