1634 18 NOVEMBER 1982 bekend. De heer DE BRUIJN: Wij hebben thans het twee de voorstel inzake woonwagenlocaties voor ons. Het eerste hebben wij op 30 september behandeld en ik meen dat wij toen voldoende naar voren hebben ge bracht over het door burgemeester en wethouders gevoerde beleid met betrekking tot de woonwagen locaties. Gelet op de vorige besluiten ben ik van mening dat het eerste gedeelte van het voorstel dat wij voor ons hebben veel duidelijker is en meer inzicht geeft in de totstandkoming van de lo caties dan bij de vorige locaties het geval was. Wij zijn ervan overtuigd dat snelle oplossingen nodig zijn in verband met de situatie op het Drie koningenoord Onzes inziens is de locatie Jacob Catssingel een zeer juiste keuze. Er zijn weinig barrières naar de woonomgeving toe. Mede gelet op de reac ties uit de buurt die wij tijdens commissieverga deringen hebben gehoord kunnen wij een positieve verwachting koesteren van de mogelijkheid tot in tegratie op deze locatie. Op het door de V.V.D. ingediende amendement wil ik in tweede instantie reageren. Ik wil thans op het tweede gedeelte van uw voorstel ingaan. Ik druk mij zacht uit als ik zeg dat wij daarmee bijzonder veel moeite hebben. Tot nu toe zijn de diverse locaties gekozen op basis van criteria, maar deze zijn met betrekking tot verschillende terreinen losgelaten en daarna is men tot de keuze van een aantal locaties gekomen. Dit heeft in principe geleid tot het in procedure brengen van zes locaties. Tot nu toe ik neem de Jacob Catssingel alvast mee zijn vijf locaties behandeld, waarbij de ingediende bezwaarschriften uit en te na zijn besproken in de voorstellen die voor ons hebben gelegen, hoewel sommige partijen beweren dat zij werden weggeveegd. Als ik zie wat hier ter tafel ligt, denk ik dat er iets aan de hand is en dat zal ook wel het geval zijn. Mijns

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 1634