1680 9 DECEMBER 1982
beoogde verjonging dienen adequate condities ge
waarborgd te worden, hetgeen onder meer betekent,
dat sommige bomen met mindere vooruitzichten nog
blijven staan en sommige met wat grote levensver
wachting toch moeten wijken, een en ander afhanke
lijk van de plaats t.o.v. de verjongingsplekken.
Inmiddels zijn er afspraken gemaakt met de werk
groep Wilhelminapark, waarbij de diverse catego
rieën nagelopen worden.
4. Zijn er zodanige gegevens over de toestand van
het kernhout uit het onderzoek te voorschijn
gekomen, dat voor stambreuk gevreesd moet wor
den. Kunnen daarvan keuringsrapporten worden
overgelegd?
ANTWOORD
Bij het plan Wilhelminapark is deze vraag niet
primair van belang, omdat de symptomen van een
snelle achteruitgang duidelijk blijken uit voor
noemde onderzoekingen.
(Het resultaat, "inventarisatie 1982" ligt ter in
zage voor de leden van de commissie middelen en
milieu)
Kernhout-onderzoek wordt vooral ingesteld wanneer
vermoedens bestaan dat schade tengevolge van tak
en stambreuk zou kunnen optreden. Voorbeelden
hiervan zijn onder andere de inmiddels reeds ver
wijderde esdoorns aan de zuidkant van het park,
die begin dit jaar vanwege deze gevaren verwijderd
moesten worden.
Hier was kernhout-onderzoek nodig. Het voorbeeld
zelf was symptomaties voor de ontwikkeling van het
Wilhelminapark. Via dit plan wordt ernaar gestreefd
te voorkomen dat het totale park op deze wijze ten
prooi zal vallen aan slijtage. Meer tak- en stam
breuk was dit voorjaar al te voorzien. Er is toen
voor gekozen niet in te grijpen vanwege de ondui
delijkheid voor de omwonenden en het ontbreken van
een totaal plan. In verband met de onveiligheid is