9 DECEMBER 1982
1689
leveren. Wij hebben vooral tot taak initiatieven
te bevorderen en te ondersteunen, maar nu is juist
een initiatief afgeremd. In de toekomst zal zeer
serieus moeten worden getracht dit soort dingen
te voorkomen.
Ook de Wereldwinkel wacht al een halfjaar op
een uitspraak, wat mijns inziens eveneens veel te
lang is.
Ik wil daarom vragen of er een maximum-ter
mijn kan worden vastgesteld waarbinnen op subsi
dieverzoeken dient te worden gereageerd.
De heer DE BRUIJN: Ik kan me grotendeels
aansluiten bij hetgeen door de vorige sprekers is
gezegd. Ook wij zijn van mening dat bewustwording
van de Bredase burgers noodzakelijk is om tot goe
de ontwikkelingssamenwerking te kunnen komen, op
welk niveau dan ook. Als namelijk de burgers niet
weten waarmee we bezig zijn, zullen zij zich op
een gegeven moment gaan afvragen waar zij hun geld
eigenlijk heen brengen. Dat aan die bewustwording
behoefte bestaat, blijkt tevens uit het aantal be
zoekers van deze projecten, gelet op het feit dat
vijftig mensen de lezing hebben bezocht en ook de
Wereldwinkel regelmatig veel bezoekers trekt. Dit
geeft aan dat bij de Bredase burgers wel degelijk
de behoefte leeft om te weten wat er op het gebied
van ontwikkelingssamenwerking precies gaande is.
Wij kunnen uw voorstel dus van harte onder
steunen
De VOORZITTER: Ik mag u het antwoord namens
het college geven, omdat de ontwikkelingssamen
werking sinds kort tot mijn portefeuille behoort.
Graag wil ik op de gestelde vragen ingaan en daar
bij tevens nog een opmerking plaatsen.
De heer Taks heeft de ontwikkelingssamenwer
king buiten de mogelijkheden, de bevoegdheden en
het belang van de gemeente geplaatst. Op één punt
kan ik het door hem gestelde volgen. Evenals an
dere leden van de raad heeft hij namelijk naar