23 DECEMBER 1982 1778 mening van het college hierover? De heer TAKS: De V.V.D.-fractie constateert met grote voldoening dat na de totstandkoming van deze wijziging van de verordening alle ambtenaren, ook de ongeorganiseerde, het volle kiesrecht zul len genieten. Wethouder VAN DUN: Je vraagt je af: wat moet je? Ik kan mij voorstellen vanuit welke optiek de heer Crul enige opmerkingen heeft gemaakt en ik heb waardering voor zijn standpunt dat het op dit ogenblik niet mogelijk is veranderingen aan te brengen. Er is nu, met name op de twee punten waar op de heer Crul zijn opmerkingen toespitste de openbaarheid van vergaderingen en de positie van het hoofd van dienst -f- in overleg met de medezeg genschapscommissie een regeling getroffen en ik meen dat we daaraan inderdaad niets moeten veran deren. De heer Crul en anderen zijn vanuit hun po litieke visie op de maatschappij van mening dat we zonder iets te forceren deze twee punten in het oog moeten houden; ik meen het zo te kunnen formu leren. Met dit verzoek heb ik geen enkele moeite. Ik ben bereid aan het georganiseerd overleg en aan de medezeggenschapscommissies door te geven dat men vanuit bepaalde politieke opinies in de raad voor deze punten aandacht blijft vragen. Dit brengt mij op mijn bezwaar tegen de op stelling van de heer Simons. Ik vind het hartstik ke leuk dat men op een gegeven moment ambtenaren medezeggenschap gunt, maar de besluitvorming van de raad over de inhoud die medezeggenschap van amb tenaren naar zijn mening moet hebben, houdt natuur lijk wel op zodra de ambtenaren zelf hebben ge sproken. Ik vind dat de P.S.P.-fractie niet moet dicteren wat de ambtenaren ter zake van medezeg genschap moeten zeggen. De kwestie van openbaar heid of niet-openbaarheid ligt primair bij de eigen beoordeling van de medezeggenschapscommissie en ik geloof dat we het zo moeten laten. Ik tart elk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 1778