23 DECEMBER 1982
1806
evenzeer een negatieve invloed hebben: zij kan im
mers op andere deelnemende gemeenten een sneeuw
baleffect hebben, waardoor het voortbestaan van
het schap op het spel wordt gezet, met de kwalijke
gevolgen van dien voor natuur- en landschapsbeheer.
Samengevat: het risico van de niet te over-
ziene bijdrage in de tekorten van de komende jaren
die in het kader van de HUG tot een aanvaard
baar niveau moeten worden teruggebracht hebben
wij afgewogen tegen de consequenties van uittre
ding, die wat de financiële aspecten betreft moge
lijk minder verstrekkend zullen zijn als de Kroon
de ingebrachte bezwaren gegrond verklaart. Wij
zijn tot de conclusie gekomen dat we het voorstel
kunnen steunen, zij het niet met vreugde.
Wêl willen we nog enige opmerkingen maken.
Als de raad beslist per 1 januari 1984 uit te tre
den, hetgeen door de Kroon moet worden goedgekeurd,
wordt een procedure in werking gezet waarin de
uitspraak misschien over twee jaar te verwachten
is. Graag zullen wij van het college vernemen wat
de positie van Breda in het schap is vanaf de da
tum van uittreden tot aan het tijdstip dat de
Kroon al dan niet haar goedkeuring aan dit besluit
heeft gehecht.
De raad neemt een besluit, gebaseerd op de nu
bekende gegevens. In de loop van 1983 kunnen zich
ontwikkelingen voordoen die, als ze eerder bekend
waren geweest, mogelijk tot een andere besluitvor
ming zouden hebben geleid dan thans tot stand komt.
Ik noem bijvoorbeeld de toezegging van het rijk
tot deelname in het recreatieschap, alsmede uittre
ding van andere gemeenten. Woudrichem is ons al
voorgegaan en Werkendam overweegt deze stap even
eens. Dit moet binnen de recreatieraad leiden tot
het vaststellen van herziene regels van deelname.
Wij verzoeken het college dringend in het komende
jaar alle ontwikkelingen betreffende het recreatie
schap nauwlettend te volgen en ter kennis van de
raad te brengen. Ook vragen wij het college, als
daar aanleiding tot bestaat, met aanvullende of