265
16 FEBRUARI 1982
mers in staat zijn. Er zijn enige aannemers die
een relatie met het D.A.C.W. hebben en in verband
daarmee is een open aanbesteding niet meer moge
lijk. Je moet een aannemer inschakelen die in
staat en bereid is de begeleiding van zo1n "jonge
bouwploeg" op zich te nemen. Het D.A.C.W. zal
zelf waarschijnlijk de aannemers aanwijzen.
De heer HENDRICKS: Moet ik hieruit opmaken
dat er sprake zal zijn van een leerlingenbouw
plaats?
Wethouder WELSCHENNee. De voorwaarden en
de situatie die zal ontstaan, doen aan een leer
lingenbouwplaats denkenmaar er wordt een andere
financieringsstroom gebruikt en ook de naam is
anders. In feite gaat het er echter wel om dat
je een aannemer vindt die bereid is op deze ma
nier te werken. Je zou van een werkgelegenheids-
verruimende maatregel kunnen spreken, maar ook
die term heeft in het gewone spraakgebruik weer
een andere betekenis.
De heer Veelenturf heeft de vraag gesteld
of er door de vertraging extra kosten zijn ont
staan. Misschien is dit inderdaad het geval. Al
les wordt duurder, maar intussen hebben we over
de gereserveerde gelden rente ontvangen en dat
weegt enigszins tegen elkaar op. Als we enige
jaren eerder besluiten zouden hebben genomen,
zou naar mijn mening de opzet heel anders zijn
geweest. Er kan nu méér dan datgene waarvan tot
twee maanden geleden sprake was. Ik denk dat de
Belcrum er niet ongelukkig mee hoeft te zijn
dat we nu aan de hand van de nieuwe mogelijkhe
den besluiten nemen.
De vraag van de heer Veelenturf over de
inventaris wordt gedeeltelijk in het voorstel
beantwoord. Als voorwaarde voor het doen van een
dergelijke investering is geformuleerd dat het
gebouw inclusief inventaris en ondergrond naar
de gemeente overgaat. Zoals men weet zijn we