291 11 MAART 1982 De VOORZITTER: In de wijze waarop stukken op de agenda zijn geplaatst kunnen wijzigingen worden aangebracht. De heer TEN WOLDE: Dat ben ik met u eens, maar er blijkt nu verschil van mening in de raad te bestaan over de wijze van afhandeling van deze brief De VOORZITTER: Dat blijkt inderdaad het geval te zijn. De heer OOMENIk moet u zeggen dat ik uiter mate verbaasd ben over de reactie van de V.V.D. Deze brief is niet afkomstig van zo maar een klein clubje, maar van de grootste vakbeweging die in Breda opereert. De brief van de F.N.V. is gericht aan de raad van Breda en spreekt over de bestuur baarheid van de gemeente. Zoals u weet is onze fractie van mening dat de raad de gemeente be stuurt. De F.N.V. spreekt haar verontrusting uit over de verhoudingen binnen de raad en mijns in ziens vereist dit een goed antwoord van de gemeen teraad. Het lijkt mij wat onhandig om als volledi ge gemeenteraad te gaan praten over het antwoord dat zou moeten uitgaan. Ik ben van mening dat de commissie algemene zaken de aangewezen commissie is om het college hierover te adviseren. De brief is afkomstig van een belangrijke groepering en ook de brief lijkt mij van voldoende belang om op te reageren. Ik vind dat zo'n brief niet zo maar voor kennisgeving kan worden aangenomen. De heer EISSENS: Ik wil uw voorstel om de brief ter sprake te brengen in de commissie alge mene zaken, die dan kan bekijken wat ermee moet worden gedaan, best volgen. Wij zullen alsdan be zien hoe we zouden moeten reageren en öf we über haupt moeten reageren. De heer TEN WOLDE: Ik kan wel meegaan met

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 291