11 MAART 1982 322 vergeten en snel een andere bestemming aan het kathedraalterrein moeten geven. Dit heeft twee voordelen, want enerzijds wordt dan dat lelijke gat ingevuld en anderzijds worden er parkeerplaat sen weggenomen, wat ertoe kan leiden dat meer ge bruik van de garage zal worden gemaakt. Ik pleit dus nadrukkelijk voor afzien van de bouw van een parkeergarage aan de Leuvenaarstraat/Middellaan. Vervolgens wil ik nog eens nadrukkelijk vra gen in welke verhouding vergunningen zijn verleend aan zakelijk-rechthebbenden en bewoners, want er hebben mij signalen bereikt die aangeven dat er nogal wat vergunningen zijn verleend aan zakelijk- rechthebbenden, mensen die feitelijk een parkeer- vergunning niet echt nodig hebben. Bij de invoe ring van het systeem hebben we uitdrukkelijk afge sproken dat niet iedereen die in de binnenstad werkt een vergunning zou moeten krijgen, maar al leen de mensen die er echt één nodig hebbenomdat zij regelmatig overdag met de auto heen en weer moeten reizen. De heer TEN WOLDE: Ik behoef de wethouder geen vragen meer te stellen, maar ik wil nog wel een reactie geven in de richting van de heer Van de Steenoven. Hij meent dat we nu maar even moeten beslissen op het kathedraalterrein geen parkeer garage te zullen bouwen. Een dergelijk ad-hoc-be- leid zijn we van de Partij van de Arbeid wel ge wend I Daarnaast wijs ik erop dat inderdaad een aantal lege terreinen in de stad moet worden in gevuld, mede om te bereiken dat de parkeergarages een hoger rendement zullen hebben, maar aan de andere kant moeten er dicht bij de binnenstad, op een viertal strategische plaatsen, parkeergarages worden gerealiseerd. Dat beleid mag niet worden ondergraven, zeker niet op basis van een eenmalige conclusie in een aanloopsituatie. Bovendien de wethouder heeft daarop al gewezenmoet worden gekeken naar de totale opbrengst, die zelfs nog een klein positief saldo te zien geeft.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 322