20 APRIL 1982
387
toegelaten instellingen en bovendien nog niet is
afgerond, lijkt ons een mededeling over de inhoud
van het gesprek én prematuur én tegen de achter
grond van het onderzoek fragmentarisch en dus on
juist.
6. Is er van het gesprek een verslag gemaakt? Zo
ja, kan het college zorgen dat dit verslag voor
de raad ter visie komt te liggen?
ANTWOORD
Tijdens het gesprek zijn de nodige gegevens door
de meergenoemde ambtenaren van het ministerie ge
noteerd. Wij zijn bereid de betrokken staatssecre
taris te verzoeken na te gaan of, en zo ja, op
welk tijdstip en op welke wijze de resultaten van
het onderzoek aan de raad kenbaar kunnen worden
gemaakt.
VRAAG (gesteld d.d. 14-3-1982 ing. art. 48, 2e lid
R.v.O.
De heer Dek:
1. Is het juist dat er tussen de gemeente Breda en
het ministerie van V.R.O. vrijdag jl. een ge
sprek heeft plaatsgevonden?
ANTWOORD
Ja.
2. Wie hebben er aan dit gesprek deelgenomen van
de kant van de gemeente Breda?
ANTWOORD
Wethouder J.P.A. van Dun en mevrouw C. Lossez en
Mr. A.C. Franken van het projectenbureau.
3. Wie hebben er aan dit gesprek deelgenomen van