390
20 APRIL 1982
Gezien ons antwoord op vraag 7 niet van toepas
sing
11Wel het onderwerp van gesprek?
12. Waarom vond dit gesprek dan wel plaats?
ANTWOORD
Ten aanzien van de vragen onder 11 en 12 verwij
zen wij U naar de antwoorden op de vragen 5 en 6.
VRAAG (d.d. 30-9-1981 gesteld ing. art. 48, 2e
lid R.v.O.
De heer Garritsen:
1Kan het college een overzicht verstrekken van
alle aanbestedingen in de gemeente Breda be
treffende gesubsidieerde woningbouw over de pe
riode vanaf 1975 tot heden?
2. Wil het college dit overzicht specificeren naar
a. openbare aanbestedingen
b. onderhandse aanbestedingen
c. aanbestedingen die middels een geformeerd
bouwteam tot stand zijn gekomen?
3. Welke bouwmaatschappijen hebben de opdrachten
verkregen onderverdeeld naar de categorieën zo
als vermeld wordt in vraag 2? Tevens mag ik U
om welke totale bedragen het gaat per bouwmaat
schappij en per aanbestedingswijze.
4. Indien er sprake was van een aanbesteding mid
dels een bouwteam, welke partij (gemeente, ar
chitect, woningbouwvereniging) hebben de door
slag gegeven bij de beslissing wie er mocht
gaan bouwen?
ANTWOORD
Ter beantwoording van Uw in bovenvermeld schrijven
