20 APRIL 1982 497 uw raad. Wellicht kunnen mijn collega's Welschen en Van Dun hieraan nog iets toevoegen omtrent de mo gelijkheden van vervangende woonruimte en het zo spoedig mogelijk aan huisvesting helpen van het buurtwerk in de Chassé. Wethouder VAN DUN: Ik voelde de bui al hangen want het college wist al iets over de motie die de Partij van de Arbeid zou indienend Ik heb al ge concludeerd dat mevrouw Paulussen uit de brand was omdat zij geen subsidie behoeft te geven, dat Wel schen het Chassé-comité mag helpen aan de huidige huisvesting van de B.R.O. en dat £k de oplossing moet brengen voor het huisvestingsprobleem van de B.R.O. Wethouder PAULUSSEN: Daar is het om begonnen! Wethouder VAN DUN: Dat is dan in elk geval heel duidelijk! Toen wij vanmorgen in het college al enige angstige vermoedens met betrekking tot deze motie hadden, heb ik gezegd dat wij ons niet tegen die motie moesten verzetten; van de kant van de C.D.A. fractie is zojuist ook een dergelijk standpunt naar voren gebracht. Op één ding wil ik nog wel heel nadrukkelijk wijzen. Toen de zaak van de B.R.O. in al zijn hevigheid speelde hebben wij al naar vervangende ruimte voor de B.R.O. gezocht, dit binnen de financiële mogelijkheden van de B.R.O., een punt waarmee we uiteraard ook rekening moeten houden. Wij hebben indertijd geen vervan gende ruimte kunnen vinden. Wij willen de uitda ging wel aannemen, maar er mag niet van worden uitgegaan dat wij verplicht zijn aan de B.R.O. woonruimte te leveren. Wij praten al met de B.R.O. en wij zullen blijven doen, naar aanleiding van de motie en de vraagstelling vanuit het C.D.A.waar bij de overige fracties zich hebben aangesloten. De bereidheid is derhalve bij ons aanwezig om naar

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 457